Nadat je deze aardappelkroketten zelf hebt gemaakt, koop je ze nooit meer in de winkel! Gaat perfect samen met elk type vlees of zelfs een hartige salade.
Was en schil de aardappelen. Snijd ze in stukken en doe ze in een pan met gezouten water. Breng aan de kook en laat dan 20-25 minuten koken. Giet af en laat uitlekken.
Plet de aardappelen tot een smeuïge puree met de boter, melk, parmezaanse kaas. Pel de knoflook, hak heel fijn en meng dit er ook onder. Kruid met zout en zet 30-60 minuten weg in de koelkast.
Haal de puree uit de koelkast, schep er een portie van ongeveer twee eetlepels uit en rol tot een balletje.
Klop het ei los en kruid met zout. Doe de bloem in een tweede kom en het broodkruim in een derde kom.
Rol de aardappelballetjes in de bloem, daarna in het losgeklopte ei (laat overtollig beslag ervan druppen) en tenslotte in het broodkruim tot ze mooi omhuld zijn. Leg ze allemaal op een bakplaat met bakpapier.
Indien je een friteuse hebt: bak de kroketten in een friteuse tot goudbruin van kleur en lekker krokant.
Indien je geen friteuse hebt: giet frituurolie in een middelgrote diepe pan. Verhit de olie tot 180°C of check met een kruimeltje broodkruim. Als het sist en meteen bruint, is de olie heet genoeg.
Bak de kroketten in de hete olie. Doe er niet teveel tegelijk in.
Serveer de kroketten met sneetjes rosbief en een groene salade.